ECIW werkboek les 93

Vandaag geven we ruimte aan de aantrekkingskracht van liefde tot liefde (T12.VIII). Onze aanvalgedachten hebben nooit de werkelijkheid veranderd. Aanvalgedachten zijn onwerkelijk en kunnen alleen maar het bewustzijn van de werkelijkheid lijken te veranderen.

‘Gods Zoon is even veilig als zijn Vader, want de Zoon kent zijn Vaders bescherming, en kan niet bevreesd zijn. Zijn Vaders Liefde houdt hem in volmaakte vrede, en aangezien hij niets nodig heeft, vraagt hij om niets.’

Dus wat wordt waargenomen als de lineair geprojecteerde wereld werd zichtbaar gemaakt en is niet waar, en toen werd wat wel waar is, namelijk geest, voor jou onzichtbaar. Maar de Heilige Geest ziet deze geest nog steeds met volmaakte helderheid. God schiep de geest volmaakt, en niets kan eeuwige liefde veranderen.

Vandaag vragen wij om de Godsherinnering; wij verlangen ernaar, wij willen het, wij doen er een beroep op. De Zoon van God kan met niets tevreden zijn dan met eeuwige liefde. Het maakt niet uit hoeveel afstand er is gekomen tussen ons bewustzijn en de waarheid. De waarheid blijft waar. Alleen de waarheid is waar. En als opstapje naar die eeuwige waarheid onthouden wij: ‘De werkelijke wereld werd jou door God gegeven in liefdevolle ruil voor de wereld die jij gemaakt hebt en die jij ziet.’

Vandaag aanschouwen we de werkelijke wereld. Vandaag laten we alle gedachten aan slechtheid, duisternis en zonde achter ons. Vandaag laten we alle verankerde overtuigingen gaan die de afscheiding werkelijk doen lijken. We zetten een vraagteken bij het geloof in afscheiding vanuit een heel ander referentiekader, met de Heilige Geest als onze kracht.

We lopen over van vreugde dat al het kwaad dat we dachten te hebben gedaan, nooit is gedaan, dat al onze zonden niets zijn, dat ik ben zoals God mij geschapen heeft; zo zuiver en heilig als God mij geschapen heeft dat licht en vreugde en vrede in mij wonen, en dat God garant staat voor mijn zondeloosheid.

Keer op keer zal ik dit vandaag herhalen: ‘God staat voor mijn zondeloosheid garant. Ik ben zoals God mij geschapen heeft. God staat voor mijn zondeloosheid garant.’

Er woont licht en vreugde en vrede in mij.

God staat voor mijn zondeloosheid garant.

Amen.